Geliefd Zutphen aan de IJssel. Waar al sinds de 11e eeuw de grachten en straten zich als cirkels en spaken groeperen rond het ’s Gravenhof. Waar al even lang het stadsbestuur zetelt, aan de voet van de machtige gotische St. Walburgiskerk. Op de rand van de 21e eeuw huist het stadsbestuur in een aantal beschermde, monumentale, maar verouderde panden. Veel te krap bemeten, verwaarloosd en ongeschikt voor het gewenste open contact met de burger. Een langslepende impasse: de benodigde 9000 m2 leken in het gekoesterde stadshart niet realiseerbaar. RAU kwam niet met een maquette - maar met ‘architectuur als gesprek’. Geeft de vorm weer direct uiting aan de middeleeuwse stedenbouwkundige structuur, in de verschijning is het nieuwe stadhuis tussen Lange Hofstraat en Gravinnenhofsteeg een uiterst modern bestuurlijk centrum. Waarin het verleden respectvol is opgenomen om in de toekomst ‘nieuw’ te functioneren.
Helder, licht, en toegankelijk maar ook efficiënt en energiezuinig. En met een wel heel eigen gezicht. De middeleeuwse stad: opgebouwd als een stelsel van cirkelende grachten gekruist door de spaken van smalle straatjes. Alleen gericht op de markt en de centrale kerk.
De boog van de verdwenen Hofgracht en de radiaal van een doorgang vormen de kruisvorm vanwaaruit het stadshuis is ontworpen. Op de drie korte uiteinden een toegang voor en tot de wereld, voor bestuurders, ambtenaren en goederen. De burgers komen vanuit het oude stadshart. Op de fundamenten van de oude stad rijzen de wanden drie verdiepingen hoog, in vorm en ritme aansluitend bij de oude gevels. Een glazen dak overspant de binnenruimte waarop de terugwijkende en vanaf de straat onzichtbare vierde bovengrondse bouwlaag met de bestuursruimten in kruisvorm neerdaalt.